Veel beloftes, weinig plan: BINI fileert partijprogramma’s

Het Burgerinitiatief voor Participatie en Goed Bestuur (BINI) publiceert de analyse van de verkiezingsprogramma’s van negen politieke partijen. De bevindingen zijn kritisch: de meeste programma’s missen samenhang, visie en onderbouwing. Vooral op het thema ‘Offshore Olie en Gas’ scoren partijen zwak, en kostenramingen blijven vrijwel overal achterwege. BINI waarschuwt dat kiezers niet serieus worden genomen en roept partijen op hun verantwoordelijkheid te nemen.

Dit onafhankelijk initiatief wordt voor de derde keer uitgevoerd; eerder zijn in 2015 en 2020 vergelijkingen gemaakt. Deze exercitie heeft als doel kiezers te informeren en een weloverwogen stemkeuze te bevorderen. Ook deze keer was er weinig reden tot vreugde over de verkiezingsprogramma’s, zegt BINI. "Wat wij graag willen zien in verkiezingsprogramma’s, is ten minste een realistisch beleid en een duidelijk geformuleerde visie, waarin mensenrechten, inspraak, goed bestuur en duurzaamheid als rode draad zijn opgenomen, in plaats van slechts populistische kreten of mooie beloften."

Verkiezingsprogramma’s moeten volgens BINI weldoordacht en samenhangend zijn. Ze moeten in begrijpelijke taal geschreven zijn, onderbouwd, gebaseerd op bestaand onderzoek en niet op ongefundeerde meningen. Helaas wonnen ook deze keer te vaak de wensenlijsten het van onderbouwde keuzes. Opvallend is dat weinig partijen bekend lijken te zijn met de basisprincipes van programmatisch plannen en ontwerpen: de logische samenhang tussen visie, missie, doelen, strategieën en acties ontbreekt vaak.

Opmerkelijk is dat geen van de partijen de urgentie lijkt te beseffen van acties die nú nodig zijn om Suriname klaar te maken voor de periode na 2028, wanneer de oliedollars binnenkomen. Dit komt tot uiting in de lage scores op het thema ‘Offshore Olie en Gas’. De meeste partijen hebben geen duidelijk plan voor het beheer of de besteding van de olie-inkomsten, en enkelen noemen het thema nauwelijks. Hoewel meerdere partijen een Spaar- en Stabilisatiefonds noemen, lijken hun voorgestelde bestedingen soms haaks te staan op het eigenlijke doel ervan. Het lijkt er zelfs op dat sommige partijen niet weten dat er al een dergelijk fonds bestaat.

De hervorming van het overheidsapparaat is voor de meeste partijen geen prioriteit. Slechts één partij lijkt zich ervan bewust te zijn dat de wereld in sneltreinvaart verandert, en dat Suriname zich daarop moet voorbereiden.

BINI trof bovendien twee partijprogramma’s aan die grote delen tekst met elkaar gemeen hadden. Pertjajah Luhur kopieerde zelfs haar programma van de vorige verkiezing vrijwel letterlijk. Een teken dat er vijf jaar later niets is veranderd? BINI heeft negen partijen die deelnemen aan de verkiezingen van 25 mei onder de loep genomen, namelijk A20 (en partners), ABOP, DA’91, NDP, NPS, OPTSU, BEP, PL en VHP. Er is daarbij gekeken naar zeven thema’s:
- Goed bestuur
- Rechtsstaat, mensenrechten en democratie
- Menselijke ontwikkeling (zoals onderwijs en gezondheidszorg)
- Gezonde leefomgeving en natuur (milieu)
- Financieel-economisch beleid
- Hervorming van de publieke sector
- Ontwikkelingen rond offshore olie en gas

De Vereniging Surinaams Bedrijfsleven (VSB) werkte mee aan de beoordeling van de thema’s Goed Bestuur en Rechtsstaat, terwijl de Vereniging van Economisten in Suriname (VES) een bijdrage leverde aan het financieel-economische thema. BINI merkt op dat veel partijen hun programma’s vooral lijken te schrijven omdat het moet, en niet uit een intrinsieke motivatie om kiezers goed te informeren. Opmerkelijk is dat sommige partijen in campagnes en debatten regelmatig het tegenovergestelde beweren van wat er in hun programma staat.

"Opvallend is dat weinig tot geen partijen bekend lijken te zijn met de basisprincipes van programmatisch plannen en ontwerpen: de logische samenhang tussen visie, missie, doelen en de uitwerking in strategieën en acties ontbreekt veelal," stelt BINI vast. Vrijwel alle programma’s erkennen bijvoorbeeld het belang van goed bestuur, rechtsstaat, democratie en mensenrechten. Toch blijven de voorstellen vaak steken in abstracte voornemens, zonder concrete acties. Er is regelmatig een oproep tot versterking van toezicht en controle, maar zonder uitgewerkte plannen voor capaciteitsversterking van relevante instanties of een financieel kader. 

Milieu- en klimaatvraagstukken komen er nog bekaaider vanaf. Ze worden wel genoemd, maar zelden uitgewerkt in beleidsvoornemens. Ook deze keer ontbraken bij de meeste partijen kostenramingen voor hun plannen. 

Het algemene beeld is dat verkiezingsprogramma’s wel ambitieus en visionair willen zijn, maar structureel worstelen met uitvoerbaarheid, samenhang en realiteitszin. 

Ondanks de kritische noten blijft BINI benadrukken dat partijprogramma’s een belangrijk instrument zijn voor burgers om politici achteraf aan hun woord te houden. De organisatie hoopt dat deze analyse politieke partijen ertoe aanzet om in de toekomst serieuzer om te gaan met hun verkiezingsprogramma’s, zodat kiezers bewustere keuzes kunnen maken. 

De volledige analyse en deelrapporten beschikbaar op de website van BINI. 

Het rapport bevat algemene beschouwingen per partij, vergelijkingen op hoofdlijnen en per thema, en uitgebreide vragenlijsten. Voor het gemak zijn de verschillende onderdelen van de vergelijking ook afzonderlijk gepubliceerd, zegt Sharda Ganga, directeur Projekta/coördinator BINI.

BINI, VSB en VES vergelijken verkiezingsprogramma's

Het Burgerinitiatief voor Participatie en Goed Bestuur (BINI) zal dit jaar wederom de gepubliceerde verkiezingsprogramma’s van deelnemende politieke partijen vergelijken, voorafgaand aan de verkiezingen van mei 2025. Deze keer werken BINI, de Vereniging Surinaams Bedrijfsleven (VSB) en de Vereniging van Economisten in Suriname (VES) samen aan de vergelijking.

In 2015 en 2020 voerde BINI al eerder programma-vergelijkingen uit. Deze exercitie heeft als doel kiezers te informeren en een weloverwogen stemkeuze te bevorderen.

Het Burgerinitiatief voor Participatie en Goed Bestuur bestaat sinds 2014 en is een brede coalitie van maatschappelijke organisaties en deskundigen. Voor de vergelijking werkt BINI dit jaar samen met de VSB en de VES. De vergelijking wordt bekostigd uit eigen middelen van de deelnemende organisaties en geschiedt volledig onafhankelijk van politieke invloeden.

Het initiatief zal de partijprogramma's vergelijken op diverse themagebieden, waaronder goed bestuur, rechtsstaat, democratie en mensenrechten, milieu en klimaatverandering, financieel-economisch beleid en sociaal beleid. Daarnaast zal worden nagegaan of de programma’s beschikken over onder meer een expliciete visie op (duurzame) ontwikkeling, gebaseerd zijn op een goede probleemanalyse, realistische aannames en doelen bevatten, en of er een begroting is gekoppeld aan de gestelde voornemens.

De resultaten van de analyses worden uiterlijk in de eerste week van mei 2025 verwacht, ruim vóór de verkiezingen van 25 mei, en aanzienlijk eerder dan bij de vorige keren. Het is opmerkelijk dat bijna alle partijen die deelnemen aan de verkiezingen begin april hun verkiezingsprogramma al gereed en gepubliceerd hebben. Dit is een groot verschil met voorgaande verkiezingen, waarbij een maand vóór de verkiezingen slechts ongeveer de helft van de deelnemende partijen hun programma beschikbaar had.

De vergelijkingen worden gepubliceerd via de informatiekanalen van de deelnemende organisaties. Daarnaast organiseren de samenwerkende partners enkele discussies met politieke partijen, waarbij zij op basis van de vergelijking nader zullen worden bevraagd over hun voornemens zoals vastgelegd in hun programma’s. De VES zal in dit kader haar traditionele ‘Economisch Debat’ organiseren, terwijl BINI en de VSB het voortouw nemen bij het thema ‘Goed Bestuur’.